Podcast: De onsterfelijke Cyrus Teed, 1

transcript, leeslijst

Transcript

Welkom bij luminati.be. Mijn naam is Frank. Ik schrijf en vertel verhalen over complottheorieën, schijnwetenschap en desinformatie.

Inleiding

Zeven jaar geleden alweer bezocht ik de eerste Europese platte-aardeconferentie in Nederland. De organisator van dat evenement had toen voor een tegengeluid gezorgd om het debat te stimuleren. Ene Lord Steven Christ zou er het idee van de holle, concave aarde verdedigen. Hoe die tweedaagse conferentie verlopen is, heb ik elders beschreven. U vindt de link op de luminati.be.

In aanloop naar die conferentie had ik snel snel de échte bedenker van die aparte holle-aardetheorie opgezocht, de Amerikaan Cyrus Teed. Geboren in 1839, gestorven in 1908. Ik haastte me toen door zijn boek De cellulaire kosmogonie, of, De aarde, een concave sfeer, van 1898.

Kort samengevat: de aarde is bol en hol, en wij leven aan of, zo u wil, tegen de binnenwand ervan. Wat wij als het universum beschouwen, is volgens hem een bol in een bol. Maf idee en veel minder populair dan die andere versies van de holle aarde, die toegankelijk is via grote gaten in de aardkorst, vaak via de polen.

Hoe dan ook, veel nieuwsgieriger naar de man zelf was ik toen niet en na het platte-aardegedoe had ik mijn buik wel vol van alternatieve theorieën over de vorm van de aarde. Cyrus Teed verdween in mijn archiefkast.

Enkele jaren later gaven de podcastaflevering over Cyrus Teed in de reeks Let’s talk about sects van Sarah Steel en het boek van Lyn Millner inspiratie en vooral veel informatie voor deze episode van de luminati-podcast. En net als in het geval van heel wat negentiende-eeuwse platte-aarders, bleek dat de wereld van onze hoofdrolspeler, een eclectische dokter en een leider van een al bij al weinig succesvolle commune, veel boeiender was dan zijn maffe ideeën over de vorm van de aarde.

Eclectisch dokter

Geboren in 1839, in een onooglijke gehucht, pal in het midden van de staat New York. Cyrus groeide op in het stadje Utica. Al snel bleek dat hij een begenadigd spreker was en zijn ouders hoopten dat hij baptistische pastoor zou worden, zoals een van zijn ooms. Het draaide anders uit: op zijn elfde verliet hij de school en begon hij te werken als een hoggee aan het Eriekanaal, zoals zo vele kinderen uit onbemiddelde families in die streek. Hoggees begeleidden de dieren die de boten op het kanaal verder trokken. Het was een zware job met heel wat bazen die zelf goed verdienden, de jongens onderbetaalden en hen daarbovenop trachtten te belazeren. Cyrus zou er een levenslange afkeer van elke vorm van uitbuiting en kapitalisme aan overhouden.

Tijdens zijn jeugd zinderden de gevolgen van de Second Great Awakening nog na. Dat was een tweede golf van hervonden religieus enthousiasme bij de aanhangers van enkele protestantse gezindten. Op godsdienstig vlak werd het aanbod aan kerkgemeenschappen zo mogelijk nog rijker. Zo zagen de adventisten het licht. Zij waren ervan overtuigd dat de tweede komst van Jezus en zijn Duizendjarige Rijk niet lang op zich zouden laten wachten. Ook de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen werden tijdens die golf van godsdienstig reveil boven het doopvont gehouden. Joseph Smith, de oprichter van die groep waartoe ook de Mormonen behoren, was trouwens een verre verwant van de Teeds.

Emanuel Swedenborg

Datzelfde Grote Ontwaken zette zich af tegen het deïsme en vooral tegen het rationalisme van de Amerikaanse Verlichting. Nog een kenmerk dat relevant is voor mijn verhaal: het Grote Ontwaken deed een beroep op de bovennatuurlijke, Spiritualistische theorieën van de Zweedse wetenschapper en mysticus Emanuel Swedenborg, gestorven in 1772. In het Spiritualisme kon het menselijke bewustzijn of de ziel de dood overstijgen en geraadpleegd worden door de levenden om advies in te winnen, vooral maar niet uitsluitend bij morele kwesties. Swedenborg voerde verder aan dat nieuwe goddelijke inzichten via visioenen geopenbaard konden worden. Het was sowieso een zeer oude gedachte die ook, een paar generaties eerder, die andere natuurkundige, mysticus en theoloog in de ban hield, Isaac Newton. De Spiritualistische beweging kende geen canonieke teksten en was zeer ongeorganiseerd. Ideeën en theorieën werden verspreid door rondreizende sprekers en tijdschriften, zeer veel tijdschriften.

Zowel de nieuwe religieuze kerkgemeenschappen als de Spiritualisten, die heel wat vrouwen uit de hogere middenklasse onder hun leden telden, speelden zeer zeker een rol in de strijd tegen de slavernij en in die voor vrouwenrechten. De ontwaakte christenen probeerden de werkomstandigheden van de verworpenen der aarde, dus ook de jonge hoggees te verbeteren, wat een enorme indruk moet nagelaten hebben bij de jonge Cyrus Teed.

Op z’n twintigste huwde Cyrus zijn ziekelijke achternicht en niet veel later verhuisde het paar naar Brooklyn, toen een robuuste stad met 140.000 inwoners. Reden: de pasgehuwde Teed wilde geneeskunde studeren. De studies werden evenwel onderbroken in 1861 door de Amerikaanse Burgeroorlog. Teed meldde zich aan voor een driejarige militaire dienst en net zoals al zijn broers deed hij dat uit vanuit een sterke, religieus gekleurde afkeer van slavernij. De regio was ervoor gekend: Utica was al in de jaren 1850 een belangrijk ‘station’ in de Underground Railroad, een netwerk dat ontsnapte slaven hielp en opving en doorstuurde.

Een jaar ver in zijn militaire dienst werd Teed ontslagen. Door een zonnesteek en een verlamming aan zijn linkerbeen vond het leger dat hij niet meer geschikt was voor militaire dienst. Cyrus herstelde snel na zijn ontslag. Later zou deze episode in zijn leven lichtjes aangepast worden door zijn volgelingen: hij zou zich tijdens zijn dienstjaren onderscheiden hebben als ‘Dokter Teed’ die gewonden verzorgde en hij zou gemerkt hebben dat diepgelovigen sneller genazen dan minder gelovige patiënten.

Hij hervatte zijn studies geneeskunde aan het Eclectic Medical College van de stad New York. Hoewel heel wat bronnen hem bestempelen als een student geneeskunde en later als een praktiserende arts, zonder verder te specificeren, verdient de term ‘eclectische geneeskunde’ toch een extra woordje uitleg.

De term werd gemunt door de in Istanboel geboren Frans-Duitse Constantine Samuel Rafinesque-Schmaltz, wiens leven zich afspeelde op drie continenten en eindigde in 1840, in de Verenigde Staten. In zijn tijd beschouwde men hem als geniaal, excentriek en zo zot als een achterdeur, maar Rafinesque liet zich niet in een hokje duwen. Hij was een autodidact op het gebied van onder meer de plant- en dierkunde. In de jaren 1830 schreef hij over evolutie en Darwin zou hem vermelden in The origin of species als een van de historische voorlopers. Rafinesques speciale interesse ging uit naar medicinale planten die gebruikt werden door de inheemse Amerikanen.

Naast het promoten en gebruiken van kruidengeneeskunde, zetten eclectische dokters zich sterk af tegen wat ook zij allopathie noemden, en meer bepaald tegen het gebruik van aderlatingen en giftige metalen als kwik en arseen. Niet geheel onterecht op dat moment. Eclectisch dokter Thwing schreef in 1868:

Ziekte werd beschouwd als een draak die vernietigd moest worden door het maken een beest dat groter en sterker was dan het origineel. Deze doctrine van genezing door het veroorzaken van andere ziektes, werd Allopathie genoemd.

In hun verantwoording waarom ze tegen die methoden en middelen waren, zat echter ook meteen de verklaring waarom eclectische geneeskunde au fond de zoveelste vorm van kwakzalverij was. De eclectische dokters waren ervan overtuigd dat de allopathie de ‘vitale krachten’ onherstelbaar beschadigde. Het gaat hier over de vitale energie, het élan vital, de niet-fysieke innerlijke levenskracht of -energie, die kan teruggevonden worden in tal van alternatieve geneeskundige doctrines in Oost en West.

Wat de eclectische geneeskunde miste, was het inzicht in de voordelen van toen nieuw geïntroduceerde technieken zoals bijvoorbeeld aseptische chirurgie, de verbetering van de injectienaald en de fikse vorderingen op het gebied van de anesthesie. Een van de belangrijkste ontdekkingen in de geschiedenis van de geneeskunde ging eveneens volledig aan de eclectische dokters voorbij, namelijk de ontdekking van ziekmakende microben.

Terug naar Cyrus Teed. Hij studeerde af en startte een praktijk in Utica en wijdde zijn “leven op een superlatieve manier aan het beroep dat ik gekozen had omwille van de heilige verplichting aan het grote principe en menslievendheid, en dat lag mij het nauwst aan het hart”, zoals hij schreef in zijn pamflet De Illuminatie van Koresh ruim dertig jaar nadien.

Overdag zag hij patiënten, ’s avonds trok hij zich terug in zijn ‘elektro-alchemistisch laboratorium’ en in zijn hoofd tjokvol metafysica, alchemie en elektromagnetisme. Hij was niet alleen op zoek naar een fysieke transmutatie, een omzetting van het ene chemische element naar het andere maar ook naar een spirituele.

In oktober 1869 zorgde hij voor een doorbraak op de twee fronten: hij beweerde lood te kunnen omzetten in goud, de oude droom van alchemisten, en ook spiritueel overschreed hij een grens.

Ik geloofde [zo schreef hij 30 jaar later] dat in de kennis van de transmutatie de sleutel verborgen was die, indien correct bediend, het mysterie van de vitale wet zou ontsluieren, krachtig in zijn effectiviteit om het lijden door de schade van ziektes te milderen.

Hij kreeg de gewaarwording dat hij gevisiteerd werd door een bovennatuurlijke boodschapper en hij voelde hoe een zinderende spanning het midden van zijn hersenen bereikte en zich vervolgens verspreidde over zijn lichaam en in aura’s, tot mijlen ver buiten zijn lichaam,

een vibratie, zo mild, zacht en zachtaardig dat ik mezelf legde op de boezem van deze mild trillende zee van magnetische en spirituele extase.

Cyrus had het gevoel gekregen dat hij de muur tussen leven en dood kon slopen, dat hij de eerste stappen richting onsterfelijkheid had gezet.

De verlichting van Cyrus stopte hier niet. Verschillende pagina’s verder in zijn boekje De Illuminatie van Koresh beschreef hij hoe zich eerst een gezicht en daarna een volledig lichaam in de ondertussen gevormde lichtkrans aftekende. Hij herkende de verpersoonlijking van het Leven zelf! De vrouwelijke, engelachtige boodschapper sprak Cyrus toe via zijn eigen mond en stem, en riep hem op om de mensheid te verlossen van de dood en hen het eeuwige leven te schenken, zonder ziekte, zonder leed.

Cyrus was volgens de verschijning de zevende profeet na Adam, Enak, Noah, Mozes, Abraham, Jezus. Hij was het Lam Gods, dat wegneemt de zonde der wereld, de verpersoonlijking van de Messias, die de Zeven Zegels zou verbreken. En dat zijn verwijzingen naar de Openbaringen van Johannes. Per zegel zou een nieuwe rampspoed de mensheid treffen: de Antichrist, oorlogen, hongersnood, plagen, marteling omwille van het geloof in Christus, aardbevingen en kosmische rampen. Met andere woorden, de Eindtijd zou nog tijdens zijn leven aanbreken en hij, Cyrus Teed, zou de nieuwe verlosser, de nieuwe Messias zijn. En dus ook de geknipte persoon om de symbooltaal van de bijbel, die de beste uiting van de Goddelijke Gedachten was, te interpreteren voor deze woelige tijden.

De boodschapper vertrouwde Cyrus toe dat hij geholpen zal worden door een aardse vrouw. Op zijn vraag gaf de visiterende figuur uiteindelijk toe dat zij het vrouwelijke deel vormde van de christelijke drie-eenheid.

Zijn directe omgeving begreep er geen snars van. Zijn vrouw wees niet alleen zijn verhaal volledig van de hand, maar ook zijn plannen om een gemeenschap, een commune op te richten. Het koppel vervreemde steeds meer van elkaar en meneer Teed keerde zich van haar af. Zij zou in 1885 sterven. Hun zoon Douglas Arthur Teed zou een zeer verdienstelijk schilder worden, die evenwel in onmin met zijn vader leefde.

Douglas Arthur Teed, Parade led by Elephants, (1906)
Bron: Wikipedia

Cyrus’ patiënten geraakten zijn gekal eveneens beu en al snel werd hij “die gekke dokter uit Utica”. Enkele dokterspraktijken op verschillende plaatsen later, probeerde hij een eerste leefgemeenschap op te richten in Moravia. Onder de leden bevonden zich zijn beste vriend, ouders, schoonbroer, twee gehuwde koppels en enkele vrouwen die hun man verlaten hadden. Hij is er zeker van dat hij de profeet Cyrus is, kopte de New York Times. “Een dokter die geld bekomt omdat hij de Messias zou zijn”.

Het beroep op Swedenborgs Spiritualisme noch het sterk antikapitalistisch gedachtegoed kon de goegemeente al te hard beroeren, dat er vrouwelijke leden waren die van hun man waren weggelopen, des te meer. Het schandaal was te groot en onder druk van de preutse omgeving viel de commune snel uit elkaar. Vijftien jaar na de Illuminatie, na het visioen en de oproep een gemeenschap te stichten, zat Cyrus Teed in zak en as.

Chicago

Toch moet Cyrus Teed indruk gemaakt hebben: in 1886 werd hij uitgenodigd om te komen spreken op een conventie over de ‘mental sciences’ in Chicago. Deze term was zeer populair in die dagen, maar dekte heel veel ladingen. Ernstige wetenschappers als de Engelsman Thomas Laycock voerden aan dat de geest (mind) onderzocht moest worden volgens de gebruikelijke wetenschappelijke methoden. ‘Mental sciences’ waren voor hem een wetenschap, die vooral niet verward mocht worden met theologie of metafysica.

En dat was niet bepaald de benadering die men in Chicago op het oog had. In een turbulente aanloop tot de eigenlijke conferentie werd de eclectische dokter Cyrus Teed tot voorzitter gebombardeerd. Zijn voorganger had namelijk een kletterende ruzie met de vertegenwoordiger van Christian Science van Mary Baker Eddy. Aanhangers van die zogenaamde ‘Christelijke Wetenschap’ geloofden niet alleen dat materiële fenomenen het resultaat waren van de mentale toestand, maar ook dat men de gezondheid enkel kon helen als men in een moeite door ook de zonden van de patiënt aanpakte.

Teed zou later enerzijds veel van Eddy’s ideeën incorporeren in zijn in ‘metafysische genezingen’, maar anderzijds was en bleef zij een concurrente waar hij geen goed woord voor over had. “IJdele gekken en schoonpraters”, waren het, “professionele dwazen die niet weten waarover ze praten”, aldus Cyrus Teed.

Teed verbleef acht jaar in Chicago en werd een van de grote namen in de ‘mind cure’, geestesgenezingen: God zou in elke mens een genezend proces op gang kunnen brengen dat efficiënter was dan enkel maar de eigen geest.

Hij startte World’s College of Life dat later bekend werd als de School van Koresh. Deze naam begon hij vanaf 1891 voor zichzelf te gebruiken. Koresh is de Hebreeuwse versie van de naam Cyrus, en die naam verwijst dan weer naar de Perzische heerser Koerosh II die zeer hoog aangeschreven staat in het Bijbelse Oud Testament omdat hij de Joden van Babylon zou bevrijd hebben. Cyrus Teed, Koresh was ervan overtuigd dat hij zijn volgelingen, over de dood heen, zou bevrijden van hun aards geploeter en gezwoeg.

In 1892 huurden de Koreshans een landgoed van zo’n 3,5 hectare groot, met een hoofdgebouw en zeven huisjes. Plaats genoeg voor zijn 110 volgelingen, waarvan 83 vrouwen. Hij richtte de Koreshan Unity op, met een school, een cafetaria, een atelier, een verkoopruimte voor kant en haakwerk. Verder stichtte hij de uitgeverij van zijn tijdschrift The Guiding Star. Cyrus Teed begon daarop leden te werven voor zijn sociëteit, in de hoop dat ze uiteindelijk de commune zouden vervoegen. Koreshan Unity zou tot aan het einde beheerd worden door vrouwen.

Ook in San Francisco en Oakland, beide in California, werden Koreshiaanse gemeenschappen opgericht. Een boeiende getuige spreekt zelfs over een honderdtal leden in San Francisco, waarvan velen later naar de ‘branch’ in Chicago verhuisden en vervolgens naar Florida.

De principes van de Koreshan Unity zouden hem aangebracht zijn door het visiterende, vrouwelijke deel van God die hem zijn illuminatie bracht. Aangezien ‘God zowel mannelijk als vrouwelijk is’, was gelijkwaardigheid een belangrijke idee. Vrouwen hadden dan ook aanzienlijke posities binnen de leefgemeenschap. Verder maakte reïncarnatie een wezenlijk deel uit van de Koreshiaanse gedachtewereld. Het succes van de wedergeboorte zou bepaald worden door de graad van soberheid én kuisheid.

Lyn Millner, de auteur van The Allure of Immortality, stelt zich wel vragen in hoeverre die kuisheid en onthouding voor Cyrus Teed zelf gold. Er waren enerzijds heel wat echtgenoten die hun vrouw verloren aan de Koreshan Unity en die waarschijnlijk uit jaloezie verhalen verspreidden dat Koresh een vrouwengek was. Er zijn ook heel wat getuigenissen van vrouwelijke leden die hem aantrekkelijk vonden en wilden dat zij z’n favoriete was. Eveneens bestaan verhalen van vrouwelijke Korseshianen die hun jaloezie niet konden onderdrukken. Cyrus Teed was hoe dan ook een onverbeterlijke flirter.

De Koreshiaanse versie van socialisme is de best mogelijke manier van samenleven: weg met de macht van het kapitaal en de uitbuiting van de werkkrachten. Maar dat aspect mogen we met een korrel zout nemen. Er waren op dat moment genoeg bewegingen en organisaties die zich daadwerkelijk inzetten voor sociale hervormingen en die Cyrus Teed en zijn volgelingen hadden kunnen vervoegen. Maar dat zou natuurlijk betekenen dat dat hij zijn positie als chef van gemeenschap en Messias had moeten opgeven. En dat lijkt nooit in zijn hoofd te zijn opgekomen.

Lyn Millner beschrijft Koresh als “waarschijnlijk mentaal gestoord, zeker een narcist”. In zijn tijd was Cyrus Teed waarschijnlijk gediagnosticeerd met het ‘godcomplex’, maar dat label is niet meer van deze tijd. Een moderne psychiater die Lynn raadpleegde, hield het op een “narcistische persoonlijkheidsstoornis”.

Bedankt voor het luisteren.

Mijn naam is Frank. Schijnwetenschap en complottheorieën: dat zijn mijn onderwerpen. En die benader ik kritisch. Zo beeld ik mij toch in.

Voor zover ik weet, is er geen enkele organisatie, vzw, broederschap, groot-loge, religieuze orde, geheime dienst, nest reptielmensen of wat dan ook, die wil dat ik in hun naam schrijf of praat.

Ik ben er zeker van dat mijn uitleg voor verbetering vatbaar is en ik sta dan ook open voor correcties en aanvullingen. U weet mij te vinden.

Verder lezen en kijken

The Guiding Star (link)
Een van de tijdschriften van de Koreshiaanse communes.

The Flaming Sword (link)
Een van de tijdschriften van de Koreshiaanse communes.

Koreshan Unity Collection (link)
Schitterende fotocollectie en archief.

Koreshans (link)
Blogwebsite en archief van Koreshan Unity.

Lyn MILLNER: The Allure of Immortality. An American Cult, a Florida Swamp, and a Renegade Prophet (2023)
Hét boek over het leven van Cyrus ‘Koresh’ Teed.

Plowshare and Pruning Hook (link)
Een van de tijdschriften van de Koreshiaanse communes.

Donald E. SIMANEK: “Turning the Universe Inside-Out. Ulysses Grant Morrow’s Naples Experiment” (link)

Sarah STEEL: Let’s talk about sects. Koreshanity (2018) (link)
Uiterst interessante podcastaflevering over Cyrus Teed. De hele podcastreeks is een aanrader.

WGCU Public Media: Koreshan Unity: A Quest for Utopia | Untold Stories (link)
Interessante online documentaire over Koreshan Unity in Florida.

I. D. S. WINSBORO & D.K. ROUTH: “Utopia’s healing messiah: Dr. Cyrus R. Teed of Chicago and the national mind-cure movement”. Journal of Illinois History ( (2008) (link)

Shares
Frank Verhoft Geschreven door:

Verhalen over oude en nieuwe complotverhalen, pseudowetenschap en desinformatie. Volg me op Mastodon.